No 1970 by Universal Publishing and Distributing Corp.
Copyright No 1983 Nederlandse uitgave:
Tiebosch Uitgeversmaatschappij bv Amsterdam
Vertaling: Henk van Slangenburg
Omslag: Marius van Leeuwen, GVN Amsterdam
ISBN 90 627 8694 4
Gescand en bewerkt @ 2016 John Yoman
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
No part of this book may be reproduced in any form, by print, photo print, microfilm or any other means without written permission from the publisher.
Hoofdstuk 1
-
De kwestie met Mignon Boulier was dat ze zo volslagen vrouwelijk was, bijna te vrouwelijk. Ze was de meest populaire levende filmster van het continent; ze woonde in een prachtige villa vlak buiten Nice; ze bezat schoonheid, een lichaam en geld. Elk interview placht ze te besluiten met de opmerking dat geen enkele man haar ooit had bevredigd, en dat ze er zeker van was dat, als ze ooit een dergelijke man zou vinden, hij haar niet zou kunnen blijven bevredigen.
Dat vertelde ze me op de dag dat ik haar ontmoette. Ik bracht nu mijn tiende dag met haar door in haar villa, nog steeds bezig haar te bevredigen.
Mignon was ook speels. Ik lag op een ligstoel te zonnen in de geweldige Franse zon op het houten perron dat om haar zwembad liep. Mignon dartelde in het water. Omdat er een hoge muur om het zwembad liep, waren we beiden naakt.
Ze kwam uit het water en haar blond gebleekte haar hing nat over haar schouders. Haar handen waren samengevouwen tot een kom en de kom was gevuld met koud water. Ze kwam het perron op met die lange, slanke benen, haar ronde, kalebasvormige borsten dansend alsof ze aan scharnieren hingen, het plukje fluweel tussen haar benen diep, glanzend zwart, anders dan het blond op haar hoofd. En ze gooide die kom vol water over me heen.
Toen ze zag dat ik overeind kwam, slaakte ze een kreetje en dook. Ik volgde haar vlak op de hielen. Ik maakte een vlakke duik en kwam zwemmend boven. Ze lag me ongeveer drie slagen voor en het zwembad was zeer lang. Maar ik hield me in tot ze bijna aan de andere kant was. Toen pakte ik haar enkel en trok haar onder.
Ze kwam borrelend en spattend boven. Zonder make-up had ze het gezicht van een klein meisje. Haar wimpers plakten aan elkaar, haar haar hing steil af. Ze bekeek me met onderzoekende bruine ogen, zoals ze altijd deed. Ze hield ervan om te proberen mijn gedachten te raden. Toen ze in mijn ogen las, knipperde ze bezorgd.
'O, Nick,' zei ze met bevende stem. 'O, Nick, ik kan niet, niet nog eens. Echt niet.'
We waren in het ondiepe gedeelte van het zwembad, het water kwam ons tot het middel. Ze stond tegenover me, zo dichtbij dat haar tepels mijn borsthaar vluchtig raakten. Ik sloeg mijn arm om haar middel en trok haar naar me toe.
Ze legde haar handen om mijn schouders en kuste mijn keel. 'O, schat, ik weet niet of ik het kan. Mon chéri, ik voel me zo óp.'
Mijn lippen waren vlak bij haar oor. Ik trok haar langzaam naar de kant van het zwembad. 'Jij was de vrouw die door geen enkele man bevredigd kon worden,' zei ik. 'Jij was de vrouw die door geen enkele man bevredigd kon blijven.' Ik kuste haar tepels.
Ze kreunde zacht, toen harder omdat mijn vingers naar het fluwelen plekje gingen. 'Maar ... mon chéri, dit is te gek. Je mat me af.'
'Geen enkele man kon je bevredigen, weet je nog?' Haar mond gleed langs mijn wang en werd op mijn mond geperst. 'Tot ik de beroemde Nick Carter leerde kennen,' murmelde ze tegen mijn lippen. Ze kuste me heftig. 'O, mijn schat, wat moet ik doen als jij weggaat?'
'De verslaggevers weer vertellen dat geen enkele man je ooit zal kunnen bevredigen.'
'Maar dat zou onwaar zijn.' Ze kreunde hard. 'Wat doe je met me! Je maakt me gek.'
Hier was het water erg ondiep, ongeveer een halve meter. We naderden de glijbaan van cement die het water in voerde. Toen Mignon haar rug ertegen voelde, sperde ze haar ogen wijd open.
'Ja,' zei ik zacht. 'Hier, in het water.'
'Maar ... maar ... dat... kan ik niet!'
Dat zei ze. Maar toen mijn handen zachtjes de binnenkant van haar benen streelden, spreidden ze zich willig om mij binnen te laten. Ze zoog haar onderlip tussen haar tanden en slaakte een kreetje toen ik binnendrong. Haar armen werden stijf om mijn hals geknepen en ze drukte haar borsten tegen mijn borst. Toen begon ze zich te bewegen.
Met Mignon was de liefde geen daad maar een kunst. Ze had een fantastische spierbeheersing. Elke keer was het alsof het de eerste keer was; elke keer maakte ze er iets anders van. Soms was ze een klein meisje dat zich met geweld liet nemen; andere keren was ze een losgelaten hoer, die kauwgum kauwde en gebaren maakte alsof ze haast had. Ze probeerde voortdurend verrukkelijke nieuwe handelingen en grepen.
Soms, zoals nu, werd ze een boskat.
Maar wat een spierbeheersing! Ik had het gevoel dat ik door haar lichaam bezeten werd, alsof ik me niet van haar zou kunnen losmaken al zou ik het willen. Ze verslond me, slokte me op zoals een puntenslijper een potlood, sleep me af tot er niets overbleef. Het viel niet moeilijk te begrijpen hoe ze een man die probeerde haar te bevredigen zou uitputten; ze was zo volslagen vrouwelijk en gaf zich zelf zo volkomen, dat de meeste mannen op een natte dweil zouden lijken als ze klaar met hen was.
We spatten behoorlijk in het bassin. Onze lichamen waren versmolten en bewogen als wasgoed aan de lijn als er een harde wind staat. Mignon maakte bijna onmenselijke geluidjes. Ze had al paarse tandafdrukken op drie verschillende plaatsen op mijn borstkas gezet.
Terwijl we bewogen, gleden we weg. We bevonden ons niet meer op de kleine glijbaan maar lagen in het water en hielden ons aan de kant vast. We kronkelden tezamen terwijl zij haar geluidjes maakte en nieuwe plaatsen zocht om haar tanden in te zetten.
En toen dreven we midden in het zwembad, alleen met ons hoofd boven water. We draaiden om en om als een schip dat op het punt staat te zinken. En voortdurend gingen we uit elkaar en kwamen naar elkaar toe.
Ik wist hoe het met Mignon moest zijn. Na tien dagen met haar samen geweest te zijn, had ik een soort patroon in haar climaxen ontdekt. Ze was er nu op weg naar toe; haar gebaren werden wild. De eerste keer zou niet meer dan een warming-up zijn. Van de tweede keer zou ze zo loskomen dat ze slap in mijn armen zou liggen, niet in staat zich te bewegen. Ik zou haar naar een stoel moeten dragen.
Het zou me geen probleem opleveren tot ze zich erop ging concentreren mij te bevredigen. Want Mignon had een eenvoudige filosofie met betrekking tot de liefde. Als zij drie keer een climax bereikte, moest haar partner minstens drie keer een climax bereiken; vaker als zij er kans toe zag. Dan begon de pret pas goed voor ene Nicholas Carter, agent van AXE, nu met vakantie, dra een natte dweil.
Dit had tien dagen geduurd, tien dagen aan de Franse Rivièra, met de casino's, met spelletjes met Mignon in het zwembad en in bed. Ik had haar ongeveer een jaar geleden leren kennen toen ik hier voor een opdracht was. Ze had enige belangstelling laten blijken en me haar adres en telefoonnummer gegeven. Toen was ze nog niet zo'n grote ster. In dat afgelopen jaar had ik haar twee keer gebeld en ontdekt dat de belangstelling nog steeds aanwezig scheen te zijn, dus bij de eerste de beste gelegenheid was ik op bezoek gegaan. Mignon was twee handen vol vrouw.
Op de een of andere manier waren we terug bij de glijbaan. Daar kwam Mignon de eerste keer klaar. Ik voelde haar hielen in mijn knieholten boren. Haar tanden bevonden zich aan de zijkant van mijn nek en ze beet hevig. Haar lichaam schokte twee keer, verstijfde, scheen te verslappen. Ik ontspande me tegen haar.
Ze trok haar tanden terug en boog ver genoeg achterover om mijn gezicht te kunnen zien. Haar ogen stonden zwemmerig en haar oogleden waren zwaar. 'Mon chéri,' zei ze hees, 'we zijn er nog niet, hè?'
Ten antwoord drukte ik me tegen haar aan.
'O, Nick, mijn engel, mijn minnaar, mijn volmaakte man!' Ze bewoog mee in mijn ritme. 'Je ruïneert mijn arme, slanke lichaam. Je bent te veel man voor me.'
Ik wist dat ze, als ze daarmee begon, op het punt stond me te vloeren. Ze was het arme, kleine, lieve meisje waar mannen misbruik van maakten. Maar als ze klaar met hen was, stapten ze niet fier als een haan rond, maar strompelden met afhangende schouders uitgeput weg. Ik wist het omdat ik het meegemaakt had.
De tweede keer kwam veel sneller. Ik voelde haar vingernagels vrijwel onmiddellijk in mijn rug. Ze slaakte haar kreten met op elkaar geklemde tanden. En ik beging een verschrikkelijke vergissing. Ik ontdekte dat ik stormliep op de dam die me probeerde tegen te houden. Ik wierp me er keer op keer tegenaan, en de dam begon scheuren te vertonen. Toen borrelde alles in me op tot de druk zo groot was dat ik wist dat ik niet langer kon wachten.
Mignon moet het bespeurd hebben. Ik had toch nog wel even kunnen wachten als zij niet zo'n sluwe feeks was geweest. Ik voelde haar spieren werken; toen duwde ze zich iets achteruit en maakte haar rug hol terwijl haar handen langzaam de romige heuvels van haar borsten streelden. En toen had ze het lef tegen me te lachen. Het genot dat ik voelde was zo groot dat de druk op de gescheurde dam toenam tot hij brak. Ik werd binnenste buiten gekeerd; Ik had het gevoel alsof mijn bloed, alsof heel mijn binnenste naar buiten stroomde. Ik greep dat slanke lichaam, drukte het tegen me aan, klauwde ernaar. En verdomd als ik haar niet hoorde lachen!
Het was een klein lachje, een gegniffel van triomf. Toen ik weer in staat was mijn ogen open te doen, waren haar volmaakte mondhoeken opgetrokken in een glimlach. Ze was de oorspronkelijke Duivelvrouw, de Dochter der Duisternis. Haar grote, kinderlijke bruine ogen sperden zich in onschuldige verbazing open terwijl ze haar wenkbrauwen optrok.
'We zijn er nog niet, hè?' vroeg ze. En ze begon met haar slanke lichaam te bewegen.
Ik hield me zelf voor dat ik niet meer kon, dat de afgelopen tien dagen hun tol hadden geëist, dat ze had gewonnen. Maar toen dacht ik aan het genot. Ze kwam de volmaakte vrouw zeer nabij. Ze wist hoe ze elk deel van haar lichaam moest beheersen, en zelfs enkele delen waarvan de meeste vrouwen het bestaan niet eens vermoeden. Ze schonk me groot genot. Op dat moment kon het me niet schelen hoeveel mannen ze als lege bananenschillen langs de weg had laten vallen, ze schonk mij genot, ze had een geweldig, dierbaar lichaam. En ik zou ervan genieten.
Mignon knipperde verrast toen ze voelde dat ik meebewoog. De verrassing maakte plaats voor een blik van volkomen vreugde. 'Nick, mijn engel, je bent wel een man, hè?'
'Ik neem je langzaam mee, Mignon. Ik zal ervoor zorgen dat je elke tree op de trap naar de climax voelt.'
'Hou je mond!' snauwde ze. Haar ogen waren dicht. We dreven weer weg van de kleine glijbaan.
'Je voelt toch wat ik met je doe, hè,'zei ik op zachte, sussende toon. 'Iedere plek van je lichaam die ik met mijn hand aanraak, voelt als vuur aan. Je voelt toch wat ik met je doe, Mignon?'
'Ja,' hijgde ze. 'Ja, ja, ja.'
We waren van de kant afgedreven. We deinden langzaam in het midden van het bassin heen en weer. En toen voelde ik de druk op de dam opnieuw. Hij brak bijna eer ik het kon tegenhouden. De pressie was zo groot dat ik Mignons lieve achterwerkje vastgreep en drukte. Ze gniffelde triomfantelijk, en ik wist wat er was gebeurd. Ze had haar spierbeheersing weer toegepast. En toen was er niets meer in de wereld dan zij en ik. Geen strijd meer tegen elkaar om te zien of we elkaar konden bevredigen.
We wisten dat we dat konden. We concentreerden ons nu op het genot dat we voelden, en hoe het tot stand kwam.
Ik streek met mijn handen over haar lichaam, zei op zachte toon wat ik aan het doen was. Als iemand haar zulke dingen op straat zou toevoegen, zou hij op het politiebureau zitten voor hij wist wat er gebeurd was. Maar ze vond het prachtig die woorden in intieme sfeer te horen, ze bloeide ervan op.
En wat ze met mij deed! Ze gilde van genot terwijl ze haar spieren bewoog. En ze maakte af en toe haar rug hol om me te laten zien waar ik van genoot.
We bereikten gezamenlijk de climax in een woeste kronkeling en sparteling, geklets en geplas. Het was niet iets dat we voor ons zelf hielden, maar een stukje van ons dat ons ontrukt werd. Ons besef van elkaar en van de wereld om ons heen werd mee weggerukt. Ik herinner me dat ik van me zelf wegzweefde, en ik wist dat het Mignon net zo ging. Het ontnam ons al het leven, liet ons achter met onze kleine dood. We dreven aan de diepe kant van het bad en alleen mijn vingers om de houten reling voorkwamen dat we zouden zinken. We bleven in elkaar, roerloos, afgezien van de zachte deining van het zwemwater.
Het luide gerinkel van de telefoon joeg ons uit elkaar. Zonder naar me om te kijken zwom Mignon naar de overkant en klom uit het zwembad. Ze raapte een jas van roze badstof op en trok die om zich heen terwijl ze naar de glazen schuifdeur liep. Ik zag haar vlak achter de deur, ze had de telefoon opgenomen en sprak met gedempte stem. Ze scheen haar schouders te laten hangen.
Het kon twee dingen zijn - de studio die haar nodig had, of het hoofdkwartier van AXE, altijd bekend met mijn verblijfplaats, dat probeerde mij te bereiken
Mignon kwam met zware stappen naar buiten, het houten perron op. Ze glimlachte niet. 'Het is voor jou, mijn liefste Nick,' zei ze. Toen ging ze op een van de ligstoelen zitten en trok de badmantel strak om zich heen.
Ik trok me omhoog uit het zwembad en sloeg een witte badmantel om me heen. De buitenwereld was bij ons binnengedrongen en beiden voelden we onze naaktheid. Toen ik langs Mignon liep, liet ik mijn hand op haar schouder vallen. Ze drukte er haar wang tegen, zodat ik even moest blijven staan, toen liet ze me los. Achter de glazen deur nam ik de hoorn op.
'Nick Carter.'
'Meneer Carter,' zei een zakelijke stem. 'Ik heb instructies van Washington, meneer. U moet zich onmiddellijk melden bij de Amerikaanse ambassade in Parijs.'
'Op wiens gezag?'
Er werd even met papieren geritseld. 'In opdracht van een zekere ... meneer Hawk, meneer. Ik bel u vanaf de ambassade. Wanneer mogen we u verwachten, meneer? Vanmiddag?'
'Ja,' zei ik zonder iets te voelen. 'Vanmiddag.'
Ik hing op en liep terug naar het houten perron. Ik knielde naast de stoel waarin Mignon zat. Ze wilde me niet aankijken. Ik legde mijn hand onder haar kin en draaide haar hoofd naar me toe. Haar ogen stonden vol tranen. 'Het had ook voor jou kunnen zijn,' zei ik. 'Het had je studio kunnen zijn. Dan had jij moeten gaan.'
Ze slaakte een lange, bevende zucht. 'Maar het was de studio niet, wel? Het was voor jou en nu ga je weg.'
Ze had een bloot been opgeheven. De badmantel was een stukje opengevallen en toonde een lichte welving van haar lichaam. Het was een geweldig, prachtig, opwindend lichaam.
'We zien elkaar nog wel,' zei ik zonder gevoel. 'Natuurlijk.'
'Ik moet me gaan aankleden.' Ik stond op, bukte me en kuste haar voorhoofd.
Er stonden nog tranen in haar ogen. 'Ga vlug weg,' fluisterde ze, 'eer ik me ga aanstellen.'
Ik kleedde me aan en vertrok zonder haar weer te zien.
Hoofdstuk 2
Alle songs over Parijs in de lente bleken waar. De straten hadden nog de geur en vochtigheid van een frisse lenteregen toen de taxi naar de ambassade reed. Alom heldere kleuren; een stralende zon. Elke Fransman zou ruzie met je gemaakt hebben als je had ontkend dat de zomer vlak voor de deur stond. De Amerikaanse ambassade is een mooi gebouw in de stijl van de aangrenzende gebouwen op de Place de la Concorde. Het is indrukwekkend en groot. Toen de taxi voor de brede trap stopte, stond op de bovenste tree een jongeman op me te wachten. Ik betaalde de chauffeur en liep de trap op. De zon voelde warm aan op mijn rug en ik was blij dat ik een lichtgewichtpak aan had. Ik was niet van plan te ontkennen dat de zomer vlak voor de deur stond.
De jongeman stak zijn hand uit toen ik bij hem kwam. 'Meneer Carter, mijn naam is Whittier.' We stapten kwiek door de draaideur. Whittier hield een hand onder mijn bovenarm om me te leiden. 'We hebben meneer Hawk aan een telefoon met spraakvervormer,' zei hij snel. 'We hebben het zo geregeld dat u het privé-kantoor van de ambassadeur kunt gebruiken. We hebben daar een betrouwbare staf; ze zullen ervoor zorgen dat u niet gestoord wordt. Door de spraakvervormer zal niemand kunnen horen wat er gezegd wordt.'
We stapten in een lift en stonden met de handen op de rug. Ik had het onbehaaglijke gevoel dat je krijgt als je alleen bent met iemand die meer van jou weet dan jij van hem. Ik had eraan gewend moeten zijn; ik had het al vaak genoeg meegemaakt.
De liftdeur ging open en Whittier ging me voor naar de overkant van de gang. Er was slechts één deur. Er stond privé op. 'Dit is het privé-kantoor van de ambassadeur,' zei Whittier. 'Niemand mag zonder toestemming op deze verdieping komen. Ik beloof u dat u niet gestoord zult worden.' Hij ontsloot de deur en duwde hem open.
Een dik tapijt, een groot bureau; in de hoek hing een vlag en grote portretten van de president en de vice-president hingen aan de muur achter het bureau. Voor het bureau stonden twee rechte, met leer beklede stoelen. Een met hetzelfde materiaal beklede bank stond tegen de muur. Op het bureau stond een groene telefoon met vier knoppen.
Zodra we binnen waren, liep Whittier om het bureau heen en nam de hoorn op. 'Geef het gesprek maar door,' zei hij. Hij hing op en keek me aan. 'Druk op de tweede knop van links als u zo ver bent.' Hij wierp me een nietszeggend, zakelijk lachje toe en deed de deur zacht achter zich dicht.
Ik ging achter het bureau zitten en stak een sigaret op. Naast de telefoon stond een asbak. Ik nam de hoorn op en drukte op de tweede knop van links.
Een stem zei: 'Een ogenblikje, alstublieft.' Het was een aangename vrouwenstem.
Er was veel geklik op de lijn. Ik zat een poosje te roken en trok onzichtbare cirkels op het bureaublad. Ik geloof niet dat ik zelfs met een vergrootglas een stofje in de kamer had kunnen vinden. Het geklik ging voort. Mijn geest verkeerde in de overgangsfase tussen de ontspanning van een vakantie en de messcherpe verwachting van een opdracht. Tien dagen met Mignon. Het was een ontspannen, plezierige vakantie geweest en Mignon had elke dag volgetast. Maar nu wist ik dat tien dagen lang genoeg was geweest. Ik was lichamelijk en geestelijk gereed. Hugo, mijn dunne stiletto, lag in zijn schede op mijn linkerarm, gereed om met een schouderbeweging in mijn hand te glijden. Wilhelmina, mijn Luger, zat in haar holster onder mijn linkerarm. Pierre, mijn kleine, dodelijke gasbommetje, hing behaaglijk, als een derde testikel, tussen mijn benen. De vakantie was afgelopen. Ik was Nick Carter, AXE-agent.
Hawk kwam eindelijk aan de lijn. 'Carter,' zei hij kortaf, 'wat zeggen de woorden Rocky Mountains, silo's, veelvoudige atoomkop je?'
Ik dacht terug aan een paar maanden geleden. 'Er is daar een nieuwe installatie, niet waar? ICBM's. Ergens in Utah, dacht ik. Ze hebben daar een raketbasis voor veelvoudige atoomkoppen, is het niet?'
'Heel aardig. De bedoeling is dat wat daar gebeurt strikt geheim wordt gehouden. Ze hebben me verteld dat het onmogelijk is daar binnen te dringen.'
Ik wist wat er ging komen. 'Maar iemand is er toch in geslaagd.'
'Precies. De veiligheid is doorbroken. Het enige wat we hebben, is het verhaal van een gewonde soldaat die voor dood is achtergelaten en nog iets dat ik je straks zal vertellen. Die soldaat omschrijft de inbreker als een lange, slanke oosterling. Zoals ik al zei, ze dachten dat de soldaat dood was. Hij was ernstig gewond, maar voldoende bij de tijd om te zien dat de oosterling foto's nam van de kaarten van de basis in de topveiligheidskamer.'
Ik drukte mijn sigaret uit in de asbak. 'Meneer, als die oosterling foto's van de basis heeft, kan hij ze aan elk communistisch land ter wereld verkopen en zelf de negatieven houden.'
'Dat weten we. De beste oplossing zou zijn om de inrichting van de silo's te veranderen, maar dat zou tijd en erg veel geld kosten. We moeten die foto's en negatieven terug zien te krijgen. We weten dat de Russen erbij betrokken zijn. Of zij de foto's gaan kopen of ze zelf hebben laten maken, weten we niet zeker. Het is mogelijk dat de Chinese communisten er ook in zitten.'
Ik fronste. 'Hoe weet u dat de Russen erin zitten?'
'Dat is de andere kwestie. De FBI heeft bezoek gehad van een man met zo'n boeiend verhaal dat hij op een vliegtuig naar Parijs is gezet om het jou persoonlijk te komen vertellen. Hij heet Silas Redpack. Toen AXE de opdracht van de FBI kreeg, kregen we meneer Redpack en zijn verhaal erbij. Hij kan elk ogenblik in Parijs aankomen, Carter.' Er volgde een korte stilte en ik hoorde een puffend geluid. Ik wist dat Hawk een sigaar opstak.
'Meneer,' zei ik. 'U weet dat de Russen een dossier van me hebben. Ze kennen me van gezicht.'
'Ja, en als dit niet zo verdomd belangrijk was, zou ik de opdracht aan een van onze nieuwere, minder bekende agenten geven. Maar we moeten snel resultaat boeken en daarom moet jij het doen.' Er werd weer even gepuft. 'We hebben een paar dingen van Speciale Effecten en Redactie voor je.'
'Hoe krijg ik die?'
Hawk pufte weer. Toen hij weer sprak, klonken zijn woorden een tikje onduidelijk en ik wist dat hij de zwarte stomp van zijn sigaar tussen zijn tanden geklemd had. 'Ga naar een Frans restaurant, Renés Cuisine Fine. Loop door naar de keuken en vraag naar Feezo, een kok. Je zegt dat je een boodschap van zijn dochter uit Amerika hebt. Als je Feezo ontmoet, zeg je dat je bent gekomen om een paar dingen voor zijn dochter op te halen. Hij geeft je een koffer. Je hoeft je niet druk te maken om de veiligheid, Carter, Feezo is een van onze contacten.'
'Goed, meneer. Verder nog iets?'
'Alleen maar veel succes, N3.' Hawk hing abrupt op. Ik legde de hoorn op de haak en bleef er een hele poos naar zitten kijken. Toen leunde ik achterover in de bureaustoel en stak een van mijn speciale sigaretten met gouden filter op. Ik was benieuwd hoe een lange, slanke oosterling ook maar in de buurt van een zeer geheime raketinstallatie kon komen. Was de oosterling inderdaad een Chinese communist of werkte hij voor de Russen? Of was hij iemand die de foto's van de plattegronden gewoon aan de hoogste bieder verkocht? Ik zat in de stoel en keek naar de telefoon en rookte, en ik was benieuwd wat voor boeiend verhaal die Silas Redpack te vertellen kon hebben. Het meest wel zeer boeiend zijn als hij van de Verenigde Staten naar hier werd overgevlogen.
Het was alsof de telefoon op mijn starende blik reageerde: hij rinkelde. Slechts één keer, een gedempt getinkel, en de middelste knop flikkerde. Ik drukte de knop in en pakte de hoorn op. 'Nick Carter,' zei ik.
'Meneer Carter, met Whittier. Twee mannen met officiële legitimaties zijn net van het vliegveld aangekomen met een zekere meneer Redpack. De mannen zeggen dat ze opdracht hebben meneer Redpack aan u over te geven. Zal ik ze naar boven sturen?'
'Natuurlijk,' zei ik met een grijns. 'Waarom niet?'
Hoofdstuk 3
Silas Redpack kwam de kamer binnen zoals een kind een museum betreedt. Hij leek midden zestig, had dun, zijdeachtig haar dat enigszins golfde door de bries van de airconditioning. Zijn pak was ouderwets van snit en zag eruit alsof het hem beter had gepast toen hij vijfentwintig pond zwaarder was. Het was gekreukt. Hij droeg een bril met halve glazen en bekeek de wereld over de rand van de glazen. Hij schuifelde naar binnen met een oude hoed tussen zijn gerimpelde handen en keek de kamer rond. Zijn ogen waren melkachtig blauw.
Ik schudde zijn gelige hand en bood hem een stoel aan die hij afsloeg. Toen liet ik mijn legitimatie aan de twee regeringskoeriers zien en ze vertrokken. Zodra de deur dicht was, ging Redpack op het puntje van een stoel voor het bureau zitten. Ik liep om het bureau heen en ging ook zitten.